1954 – Vijf opalines over Maria

Direct na de bevrijding werd, namens de hele Dongense gemeenschap een kapel in de tuin van villa Vredeoord gebouwd uit dankbaarheid voor het einde van de oorlog en ter nagedachtenis aan de gesneuvelden. Deze kapel wordt ook aangeduid als Mariakapel, Bevrijdingskapel en Vredeskapel.

Opalineschilderingen zijn gebrandschilderde afbeeldingen op opaalglas. Opaalglas (melkglas) is wit en niet doorzichtig. De stukken glas worden op een ondergrond bij elkaar gelijmd.

Bij ‘Maria Onbevlekt Ontvangen’ staat, tussen Maria en Eva, de ‘Boom van Goed en Kwaad’ waarin de duivel (slang) rondkruipt. Dat verwijst naar de erfzonde waarmee Maria niet belast was.

In ‘Maria Boodschap’ komt de engel aan Maria vertellen dat ze een kind zal krijgen: de Christus.

In ‘Maria Moeder Gods’ zit Maria met Christus op schoot. Het kind maakt een gebaar met twee vingers: het symbool van de leraar.

De Maria in ‘Maria ten hemel opneming’ is schuin in het vlak gezet, en omgeven door zwevende engelen en sterren. Zo ontstaat de indruk dat zij ook zweeft.

Het vijfde paneel ‘Maria met Engelen’ is pas later aan de serie toegevoegd.

De ragfijne versieringen in de figuren en in de achtergrond van deze opalines zijn bewonderenswaardig. Het gebruikte goud geeft een idee van heiligheid en kostbaarheid.